Vorig jaar kwamen ruim honderd werknemenden van de Duitse katholieke kerk ervoor uit dat zij er geen cis-heteroleven op nahielden en stelden ze nadrukkelijk dat het arbeidsrecht binnen hun organisatie moest veranderen.
Met succes. De Duitse bisschoppen hebben onlangs besloten dat diversiteit omarmd moet worden. "elke werknemer, onafhankelijk van diens concrete verplichtingen, afkomst, geloofsovertuiging, leeftijd, handicap, sekse, seksuele identiteit of levenswandel" mag voortaan optreden in hun kerk, die immers "Gods onvoorwaardelijke liefde" vertegenwoordigt, en zich als "dienende kerk" dient op te stellen.
Daarmee vervalt niet alleen het beroepsverbod voor LGBTQI werknemers; ook als werknemers afstand nemen van het rooms-katholieke geloof of als zij een tweede huwelijk aangaan na scheiding, hoeven zij voortaan niet te vrezen op die grond te worden ontslagen.
Ruime meerderheid
De nieuwe Basisregels van de Kerkelijke Dienst werden op 22 december met een ruime meerderheid vastgesteld in de plenaire vergadering van het Diocesane Verbond Duitsland..
De grondslag van deze anti-discriminatieregel is dat de kerk niets te maken heeft met het privéleven van haar werknemers. Maar de Duitse bisschoppen verklaarden ook dat diversiteit een verrijking is.
Buiten Duitsland?
Een opmerkelijk beleidswijziging in de kerk, die als internationale organisatie weliswaar de laatste tijd ietsje toleranter begon te staan tegenover seksuele en genderdiversiteit, maar er beslist geen expliciet antidiscriminatiebeleid op nahoudt. Het lijkt er niet op dat de Nederlandse bisschoppen snel zullen volgen. Het recente boek van kardinaal Eijk over seksualiteit getuigt van een kille, harteloze en zeer traditionele denkwijze die in de top van de Nederlandse katholieke kerk heerst. Helaas.