Zoals bekend kwam minister Slob enkele weken geleden in de problemen bij dit thema. Het dagblad Trouw had achterhaald dat een aantal scholen 'identiteitsverklaringen' gebruikte die ouders moesten ondertekenen. En in enkele van die verklaringen stond een afwijzing van een 'homoseksuele levenswijze'. De Minister verklaarde eerst dat hij dacht dat dat geoorloofd was. De volgende dag verklaarde hij dat scholen leerlingen niet vanwege hun seksuele geaardheid mochten afwijzen.

Verwarrende woorden

Alles draait hierbij om woorden. Want volgens een aantal (vooral christelijke) scholen mogen leerlingen wel een homoseksueel gevoelsleven hebben ('geaardheid'), zo lang ze zich maar onthouden van seks. Volgens die scholen zouden ze dus geen homoseksuele en lesbische leerlingen weigeren; ze zouden alleen duidelijk maken dat ze nooit uiting moesten geven aan de seksuele en erotische aantrekking die zij voelen.

Dat onderscheid speelt al jaren. Het was de reden om destijds in de Algemene wet gelijke behandeling te spreken over 'seksuele gerichtheid', waarbij duidelijk moest zijn dat dit niet alleen het gevoelsleven omvatte, maar ook het vormgeven en uiting geven aan hun erotische en relationele gevoelens. Het verbod op discriminatie wegens homoseksuele gerichtheid is dus niet "Je mag het bij ons wel zíjn, maar niet dóen." Maar in 2020 wordt nog steeds gegoocheld met de begrippen 'homoseksualiteit', (seksuele) 'geaardheid', (seksuele) 'identiteit' en (homoseksuele) 'levenswijze'. (Overigens wordt dat laatste niet ter discussie gesteld: het is alsof mensen denken dat er één bepaalde homoseksuele levenswijze bestaat...)

Veilig leerklimaat

Onmiddellijk nadat Slob zijn eerste reactie had gegeven op het onderzoek van Trouw, kwamen er verontwaardigde reacties vanuit de Kamer. Een motie vroeg om ingrijpen en een verbod op zulke identiteitsverklaringen. In de brief die de minister op 18 december heeft gestuurd, wordt wel gesproken over homoseksualiteit en over homoseksuele gerichtheid, maar niet meer over 'homoseksuele levenswijze'. 

De minister toont zich aangedaan door alle reacties die hij heeft gekregen naar aanleiding van de kwestie, onder andere tijdens Paarse Vrijdag. En blijkbaar is hij er echt an overtuigd dat leerklimaat op scholen veilig moet zijn, ook voor LHBTI leerlingen. Maar er is geen woord te vinden of hij daarmee ook leerlingen bedoelt die ook een 'homoseksuele levenswijze' hebben. En dat is jammer.

Ook schrijft de minister dat gebleken is dat bijna alle 'identiteitsverklaringen' met deze formuleringen achterhaald zijn. Papieren met dit soort formuleringen worden niet meer aan ouders voorgelegd ter ondertekening. Oude verklaringen die scholen nog online hadden staan, zijn verwijderd. Het probleem lijkt daarmee eigenlijk niet meer, of nauwelijks te bestaan. De brief gaat niet in op die oude verklaringen online: dat ze niet meer aan ouders werden voorgelegd ter ondertekening maakt niet uit voor de sfeer die ze hebben geschapen. Bepaald niet veilig voor alle leerlingen.

Traject

Positief is wel dat de minister inmiddels met alle profielorganisaties en sectorraden heeft gesproken over de veiligheid voor leerlingen, en met name LHBTI leerlingen. Volgend jaar zal daar een speciaal 'traject' voor starten. Hoe dat er uit gaat zien, is nog niet bekend, maar er komt binnenkort meer nieuws over. Wordt dus vervolgd!